Interview met Anne Schipper - blog 3

27 september 2022
In mijn reeks over jongerenparticipatie ga ik ook op zoek naar voorbeelden uit de praktijk. Voor deze blog interview ik Anne Schipper. Anne is 29 jaar en houdt zich al ruim 7 jaar bezig met de energietransitie bij verschillende organisaties. Momenteel werkt ze bij de gemeente Utrecht, waar ze als senior project manager zich inzet voor grootschalige hernieuwbare opwekprojecten.

“Ik ben enorm betrokken bij de energietransitie, deels vanuit mijn zorgen over hoe wij de aarde leefbaar kunnen houden, maar ook vooral vanuit de hoop en de weet dat wij het beter kunnen op een manier die voor iedereen goed is.”

Anne begon ons gesprek met een activistische maar ook hoopvolle noot die beiden gedurende het gesprek regelmatig terugkwamen.

Ik spreek met Anne vooral over haar tijd bij JongRES, een organisatie die zich met 80 vrijwilligers inzet om de stem van de toekomst mee te laten klinken in de Regionale Energiestrategieën (RES).

Waarom is jongerenparticipatie belangrijk voor jou in de RES?
De RES gaat over het energiesysteem van de toekomst. Wij, als jonge generatie, worden straks compleet afhankelijk van het energiesysteem dat nu gebouwd wordt. Het belang van de jongeren is daarmee groot en daarom zouden jongeren mee moeten kunnen beslissen.

Daarnaast zijn jongeren over het algemeen beter in staat om ‘out of the box’-ideeën te bedenken. Jongeren zitten nog niet vast gesleten in bepaalde ideeën, structuren of belangen. Dit is precies wat wij nodig hebben om de energietransitie te laten slagen. Het is een transitie, een overgang naar een nieuw systeem waarvan niemand precies weet hoe het eruit zal komen te zien. Daar heb je nieuwe ideeën, nieuwe inzichten en een frisse blik voor nodig.

Hoe is JongRES ontstaan?
In 2019 is het klimaatakkoord opgesteld, onderdeel daarvan was de RES. De Jonge Klimaatbeweging en de Klimaat en Energie Koepel, ook twee jongerenorganisaties, hebben mee onderhandeld over het klimaatakkoord. In die onderhandelingen hebben zij gezegd: ‘wij willen niet alleen betrokken zijn bij de totstandkoming van het akkoord, maar ook bij de uitvoering.’ JongRES is hieruit voortgekomen, zodat jongeren ook op regionaal niveau aan tafel zitten gedurende het hele proces.

Toen eenmaal was afgesproken dat er een jongerenvertegenwoordiging aan de RES zou deelnemen, hoe is de organisatie vervolgens opgezet?
De RES was al in ontwikkeling, wij hebben een organisatie opgericht die aansloot bij de Nederlandse RES organisatie. Wij hadden in iedere RES een jongerenvertegenwoordiger en daaromheen een nationaal bestuur en coördinatoren.

“Als ik nu terugblik op die periode, vraag ik mij echt af hoe wij het allemaal voor elkaar hebben gekregen.”

Wij zaten gelijk als volwaardige stakeholder aan tafel in dit proces. Men besefte zich op dat moment dat het nodig was om jongeren te betrekken, maar niemand wist echt hoe. Over het algemeen zijn het toch de oudere generaties die dit soort processen inrichten en opzetten. Met JongRES sprongen wij in dat gat.

Het verschilde echter wel per regio in de mate waarop het echt werd omarmd. In Noord-Holland werd bijvoorbeeld een jongerenfestival georganiseerd om meer jongeren te betrekken en te laten mee denken over de RES. In andere regio’s verliep het moeizamer, met minder inzet en minder flexibiliteit van de andere betrokkenen.

Jullie werden dus gezien als volwaardige stakeholder aan tafel, kwam dit omdat men ook echt doordrongen was van ‘het waarom’ van jongerenparticipatie?
Ik benoemde twee redenen waarom jongerenparticipatie belangrijk is. De eerste reden: Het gaat over onze toekomst en daarmee hebben wij een groot belang, die is bij de meesten wel doorgedrongen. Voor de tweede reden: Jongeren brengen nieuwe out-of-the-box-ideeën met zich mee, geldt dat nog niet. Daar is nog niet heel veel ruimte voor. Vooral in de duurzame energie liggen onderwerpen heel gevoelig, zijn de belangen heel groot en vindt iedereen het heel spannend.

Wat er ook nog bij komt kijken is dat men wel begrijpt dat het belang van jongeren groot is, maar er wordt in de belangenafweging of besluitvorming vaak nog geen concrete invulling gegeven hoe dit vertaald kan worden. Neem bijvoorbeeld een criteria op in de m.e.r. dat een plan ook toekomstbestendig moet zijn.

“De impact op de huidige situatie weegt nu vaak zwaarder in afwegingen dan de impact op de toekomst.”

Dit is een mooi voorbeeld van hoe het belang van jongeren structureler mee genomen zou kunnen worden in belangenafwegingen. Wat zijn obstakels waar je tegen aan bent gelopen?
De RES-regio’s hebben geen bevoegdheid, die ligt bij gemeenten en provincie. Aan een RES-tafel zitten soms wel 16 gemeentes. In de RES zit dan wel een jongeren-vertegenwoordiger aan tafel, maar vindt maar eens jongeren in al die gemeentes die op gemeenteavonden ook het jongerengeluid kunnen laten horen. Daarbij komt ook kijken dat het Nederlandse democratisch proces erg ontoegankelijk is. Het is moeilijk om je weg te vinden in procedures en raadsvergaderingen. Dit maakt het voor jongeren onaantrekkelijk om zich te mengen in besluitvormingsprocessen.

Een mogelijkheid zou kunnen zijn om bij het ambtelijke advies richting college of raad standaard op te nemen hoe de jongeren in de desbetreffende gemeente hierover denken. Dit zorgt ervoor dat men jongerenparticipatie wel moet organiseren.

Een ander obstakel waar wij tegen aanlopen is dat wij als enige stakeholder in de RES-dialogen als vrijwilligers aan tafel zitten. Voor de andere stakeholders is het onderdeel van hun baan. Veel van ons hebben het voordeel dat onze werkgevers onze deelname faciliteren, aangezien veel van de RES-overleggen onder werktijd plaatsvinden. Het support van de werkgevers is in deze echt onmisbaar. Er zijn echter ook genoeg jongeren waarbij dit niet het geval is of waarbij dit simpel weg niet mogelijk is. Dit beperkt de diversiteit en inclusie van de groep jongeren die wel de kans krijgt om aan dit soort dingen mee te doen.

Veel organisaties willen wel jongeren betrekken, maar vaak hoor je dat het niet lukt om jongeren te bereiken. Hoe kregen jullie dat voor elkaar?
Het helpt enorm als je activiteiten door jongeren zelf laat organiseren. Dat is per definitie beter. Bij de RES zie je dat het ook erg afhankelijk is van de regio wat de beste manier is om de jongeren te bereiken. Wij hebben pizza-avonden georganiseerd in een keet, maar ook festivals en excursies. Ook helpt het als er activiteiten zijn waar jongeren andere leeftijdsgenoten treffen. Dit geeft toch een andere sfeer. Geld om iets leuks en laagdrempeligs te organiseren is daarbij onmisbaar.

Wat zijn andere successen die jongRES heeft bereikt?
De jongerenfestivals waren een groot succes. Door het organiseren van debatten rondom de gemeenteraadverkiezingen hebben wij ook aan tafel gezeten bij de coalitieonderhandelingen. Daarnaast is jongeren participatie in veel regio’s opgenomen in de RES 1.0 en kunnen jongeren hun betrokkenheid daardoor ‘afdwingen’.

Hoe kunnen wij omgaan met de schijnbaar steeds complexer wordende vraagstukken en de groeiende wens naar burgerparticipatie?
Als wij op een eerlijke en inclusieve manier de participatietrajecten willen insteken zal dat echt op een radicaal andere manier moeten worden vormgegeven. Ik weet zelf niet gelijk hoe, maar op deze manier faciliteren wij geen inclusieve participatie, maar participatie voor de mensen die tijd, kennis en middelen hebben om te kunnen deelnemen.

“Participatie is niet de heilige graal.”

En uiteindelijk is participatie ook niet de heilige graal. De participatietrajecten moeten waardevolle input opleveren, afwegingen en belangen in kaart brengen, maar uiteindelijk moeten de bestuurders moedige, lange termijn keuzes durven maken en zich niet laten verleiden door het korte termijn gewin. Dat is iets wat ik momenteel niet terug zie bij de politieke bestuurders van ons land.


Auteur: Steffie Bes